10 fouten die je niet moet maken bij honden trainen en opvoeden

Eigenlijk is dit een lijstje met slechts tien fouten die je niet moet maken bij het opvoeden en trainen van je hond, de eerste gaat namelijk niet over honden maar mensen. De beste hond zal niet gehoorzamen als je geen goed baasje bent. Ook een zelfstandig hondenras heeft sturing nodig, de meest intelligente honden kunnen ook heel eigenwijs zijn. Jouw hond is wellicht een huisvriend, maar wel eentje die moet luisteren. Onthoud daarom het grote verschil tussen honden en katten; jij hebt een hond, een kat heeft jou!
honden trainen

1. Tijd genoeg om te trainen, laat ze eerst maar spelen

Wat een schattige puppy, die kan zo lekker ravotten! Laat ‘m eerst maar even spelen, die training komt later wel. Nee dus, het maakt niet uit of je een pasgeboren pup hebt gekocht of een volwassen hond uit het asiel hebt meegenomen; de training begint zodra ze bij je thuis arriveren. Uiteraard kun je niet direct alles leren, je moet wel duidelijk maken dat er regels zijn. Rome is ook niet in één dag gebouwd. Begin met spelletjes om aan het idee van een baas te wennen, daarna kun je steeds meer serieuze vaardigheden introduceren.

Begin eenvoudig en breng ze spelenderwijs steeds nieuwe vaardigheden bij. Dit beperkt zich niet alleen tot commando’s opvolgen maar ook sociale vaardigheden leren. Denk aan de omgang met gezinsleden, huisdieren en bezoekers. Met name de social skills zijn afhankelijk van het hondenras, houd daar dus rekening mee.

2. Blijf maar binnen, het is bewolkt

Drie keer per dag je hond uitlaten om een kleine of grote boodschap te laten doen, dat hoort erbij. Maar als het regent, vriest of waait blijf je liever in huis. Dus even naar buiten en weer snel naar binnen. Zo zit een hond niet elkaar, zeker niet de rassen die van oorsprong jagers of veehouders zijn. Een Retriever is zelfs genoemd naar de vaardigheid om te apporteren. Een hond moet zich kunnen uitleven, daarnaast is training buiten ook gewoon nuttig om nieuwe vaardigheden aan te leren en bestaande kennis op peil te houden.

Een specifieke training hoeft overigens niet lang te duren. Werk liever in blokjes van vijf tot tien minuten en herhaal dit steeds opnieuw over een langere periode. Herhaling zorgt voor een hogere retentie, en je hond zal niet verveeld raken.

3. Dit is het hondenras, dit is zijn karakter

Je hebt gelezen dat jouw gekozen soort hond heel volgzaam is, waarom loopt hij dan altijd de andere kant op? Dit ras is heel vriendelijk tegenover kinderen zeggen ze. Dat pakt toch even anders uit als het meisje van de buren naar de Eerste Hulp gaat met bijtwonden. Er zijn boeken, blogs en lessen vol met informatie over honden en hun karakter, toch is iedere hond uniek. Behandel ze dan ook als een individueel dier, herken de sterke punten en mogelijke eigenaardigheden. Op basis daarvan kun je de hond opvoeden.

Er zijn overigens wel degelijk kenmerken die in het DNA opgesloten zijn, de omstandigheden bepalen op welke wijze ze naar buiten komen. Zo moet je niet een jager thuis opsluiten, of een schichtige hond met kleine kinderen laten spelen. Je kunt niet vroeg genoeg beginnen met training op vaardigheden en omgang met andere mensen of dieren. Als jouw hond opgroeide in een gezin zonder kinderen en huisdieren en zich later moet aanpassen kan het te laat zijn.

4. Ja, nee … misschien?

Jouw hond mag niet op de bank liggen als je van huis bent, lekker gezellig op de bank als je televisie kijkt vind je wel goed. Dit werkt niet, die bank is toegestaan of niet. Als je uitzonderingen gaat maken begrijpt jouw hond er niets meer van. Bedelen aan tafel mag niet, maar dat stukje worst voor die ene keer mag best toch? Nee, dan wordt bedelen namelijk een beloning. Beter is dan een stukje worst bewaren en na de maaltijd jouw hond belonen die netjes in zijn mand heeft gewacht tot je klaar bent.

Dit geldt ook voor gedrag op andere locaties. Als je bijvoorbeeld ergens naartoe gaat met je hond gelden precies dezelfde regels, ook als de persoon waar je op bezoek bent andere regels hanteert voor zijn of haar eigen huisdieren. Honden presteren beter als ze weten waar de grenzen liggen, ze houden niet van onduidelijkheid.
hond africhten

5. Ik heb het zo vaak gezegd!

Ga zitten. Ga zitten. Ga zitten. Ga zitten. Ga … ah eindelijk, hier is een snoepje! Een nieuwe vaardigheid leren gaat niet direct, dat is logisch. Toch moet je opletten met overmatig herhalen van lessen. Als het niet van nature gaat, dan stop je naar een minuut of vijf en ga je verder met wat anders. Dan heeft jouw hond er geen zin in, of is er nog niet aan toe. Als je het tien keer vraagt en er eenmaal een reactie komt die je beloont, dan lijkt het commando meer op een vrijblijvende suggestie.

Als een training even niet goed loopt, maak er dan op een positieve wijze een eind aan en probeer het de volgende dag nog een keer. Stop niet gefrustreerd of boos, dan begrijpt je hond niet wat er aan de hand is en zal deze onzeker worden. Op een gegeven moment zal het kwartje vallen en dan test je of het commando steeds opnieuw wordt gevolgd. Als dit niet het geval is ben je niet klaar met dat deel van de training.

6. No pain, no gain

Als je denkt dat je respect af kunt dwingen door agressief te roepen of te slaan dan heb je het mis. Als je voorstander bent van “niet lijden, niet leren” dan moet je jezelf maar eens met een stok op je hoofd slaan terwijl je een cursus volgt. Werkt het? Nee natuurlijk niet, mensen leren niet met de harde hand en honden ook niet. Naast de lichamelijke letsels die ze kunnen oplopen kun je ze ook angstig maken of agressief. Als ze merken dat de baas agressief gedrag vertoont, gaan ze dit als normaal interpreteren. Of ze schieten in de verdediging en carnivoren hebben scherpe tanden!

Hoe zit het dan met ‘alfa mannetje’ en ‘roedeldieren’? Met vertrouwen en duidelijkheid laat je zien dat jij een leider bent. Honden luisteren omdat ze weten dat jij het beste met ze voor hebt, en weet wat in hun belang is. Het “recht van de sterkste” zit niet zo simpel in elkaar als voorheen gedacht werd, daarnaast is een gedomesticeerde hond niet hetzelfde als een wolf. Er wordt vaak verondersteld dat dominantie betekent dat je als een baas roept, boos kijkt, dreigt of zelfs erger. Dit zijn juist tekenen van onmacht. Je ziet hetzelfde bij je huisdier. Een getrainde hond bijt niet omdat hij controle heeft over de situatie, maar juist omdat hij de controle heeft verloren.

7. Tijd is een rekbaar begrip

Iets wat leuk is lijkt heel snel voorbij te gaan, iets wat saai is duurt juist langer. En als je ruzie maakt met iemand waar je eigenlijk heel veel van houdt dan is een afkoelperiode doorgaans de beste optie. Dit is niet zo met honden trainen, daarbij moet je echt het ijzer smeden terwijl het heet is. Zodra een hond iets doet wat niet mag moet je disciplineren. Dit werkt het beste door een standaard woord uit te spreken, heel eenvoudig “nee” is al voldoende. Je kunt hier niet mee wachten. Stel, je ziet een plas urine in de keuken liggen in de ochtend. Het heeft geen zin om je hond nu te disciplineren want het moment is voorbij. Je zult de hond echt op heterdaad moeten betrappen om de actie aan de discipline te koppelen.

Overigens is positieve bekrachtiging beter dan negatieve signalen. Wanneer jouw hond juist positief gedrag vertoont dan zeg je “ja” of een ander, duidelijke codewoord dat honden kunnen herkennen. “Goed” is ook mogelijk. Het woord op zich is niet van belang, de klank en toonzetting wel. Een positief klinkend woord heeft minstens zoveel effect als een snoepje als beloning. Ook hier moet je weer direct reageren om de daad te ‘verankeren’ in het brein.

8. Kom maar eens hier, dit ga je niet leuk vinden

Als criminelen een politieagent tegenkomen op straat, dan is de kans groot dat ze de andere kant uit rennen. Dat spreekt voor zich want die agent zal ze niet trakteren op een verjaardagstaart. Dit is met honden opvoeden niet anders. Als je de hond aanhaalt voor een handeling waarvan je weet dat ze dit niet leuk gaan vinden, dan denkt jouw de hond de volgende keer wel tweemaal na voordat hij weer naar je toekomt.

Uiteraard zul je soms dingen moeten doen die jouw hond niet leuk vindt. Misschien in bad, borstelen of nagels knippen. In dat geval kun je beter naar de hond toe gaan en deze meenemen in plaats van aan te halen. Dit wil je namelijk positief houden. Als dergelijke situaties tot conflicten leiden en je zelf behoorlijk geïrriteerd raakt, dan is het goed om eerst even af te koelen voordat je de handeling uitvoert. Sommige zaken moeten nou eenmaal gebeuren, maar je moet daarbij zelf de rust kunnen bewaren.
opvoeden hond

9. Haha, niet doen, haha stop ermee

Eigenlijk mag jouw hond geen sokken van je voet trekken en deze verstoppen, toch is het heel grappig om te zien. Je zegt nee, maar de volgende keer laat je het toch weer toe. Of je moedigt het zelfs aan. Eigenlijk mag het niet, maar… Naast consequent zijn moet je ook voorkomen dat je fout gedrag beloont. Jouw hond blaft om aandacht en krijgt aandacht omdat je er anders gek van wordt. Een eenvoudig “nee” en verder negeren moet voldoende zijn. Die aandacht komt niet, hoe hard de hond ook probeert om jou te verleiden. Dit vergt discipline, ook aan jouw kant maar de aanhouder wint. Dit betekent wel dat jij de aanhouder moet zijn, niet de hond.

Negeren werkt natuurlijk niet als jouw huisdier op de leuning van de bank kauwt. Dan moet je ingrijpen. Toch is kauwen een heel natuurlijk proces, zorg daarom dat je iets hebt waar de hond wél op mag kauwen. Niet die sok van zojuist, maar een kauwstaaf of bot die als zodanig herkenbaar is en specifiek die functie heeft. Die eenduidige functie is overigens van belang. Als je steeds “in je mand” zegt bij een overtreding van de regels, dan wordt die mand een gevangenis in plaats van een plekje om te relaxen. En dat is zeker niet de bedoeling.

10. Thuis trainen is voldoende

Een commando leren thuis vertaalt zich niet direct naar andere locaties. Daarom moet je dezelfde lessen op verschillende plekken aanleren zodat je hond de les loskoppelt van de locatie. Denk aan zitten op commando. Of het loslaten van verschillende objecten en niet alleen een stok of balletje. Los is los, wat er op dat moment ook tussen de kaken zit.

Je leert ook niet autorijden op een oefenterrein, je zult toch echt de baan op moeten gaan. Dit geldt net zo goed voor honden opvoeden, leren vindt overal plaats. Zo kun je overal komen met een hond die zich goed en berekenbaar gedraagt. Enerzijds ben je consequent met commando’s, acties en reacties, terwijl je anderzijds deze kennis in zoveel mogelijk verschillende situaties ten uitvoer brengt.

Van fouten kun je leren, door bovenstaande fouten te vermijden kun je beter jouw hond trainen en opvoeden. Je moet misschien wel eerst bij jezelf beginnen…